Scherpenzeel to zero

Willen we onze economie werkelijk verduurzamen, dan is systeemverandering nodig. Een verandering naar een economie die duurzaamheid integraal benadert: ecologisch, sociaal en financieel. Een bedrijf dat hierin al decennialang het voortouw neemt is producent van modulaire vloerbedekking Interface met Mission Zero: volledig duurzame bedrijfsvoering vóór 2020. Een belangrijke stap hierin is de verduurzaming van de productiefaciliteit in Scherpenzeel.

Wat laat deze businesscase zien?
–  Integrale visie op duurzaamheid
–  Sectoroverschrijdende samenwerking
–  New economy leadership

Scherpenzeel to zero

In 1994 besefte Interface-oprichter Ray Anderson dat de verwoestende impact van de mens alleen teniet kan worden gedaan door organisaties die de invloed en het geld hebben om het verschil te maken: het bedrijfsleven. En daarvoor keek hij eerst maar ‘ns naar zichzelf. Interface moest de wereld laten zien dat je zonder een druppel ruwe olie een succesvol bedrijf kunt voeren.

En daar is het bedrijfs sindsdien voortvarend mee bezig. “Maar we zijn er nog niet; de teller staat nog niet op nul”, zegt Geanne van Arkel, Sustainable Development Interface. “Bij ons Europese hoofdkantoor en de grootste Europese productielocatie in Scherpenzeel, is de afgelopen maanden echter wederom een aantal belangrijke stappen gezet die een onderdeel zijn van het sluitstuk van de transitie naar misschien wel één van de schoonste fabrieken ter wereld.”

In de fabrieken van Interface, waar al bijna zestig jaar ook de tapijttegels van Heuga worden geproduceerd, is de totale CO2-uitstoot in 2013 al teruggebracht met tachtig procent. Dat cijfer is tot 90 procent toegenomen door de recente overstap op duurzaam gas, afkomstig uit de vergisting van visafval en andere reststoffen uit de voedingsindustrie. In 2013 is het waterverbruik bovendien verminderd met 87 procent en door de ingebruikname van een gesloten watersysteem in de fabriek is dit cijfer nu opgelopen tot 95 procent.

Mission Zero richt zich echter niet alleen de op de milieu-impact van Interface zelf, maar op de gehele levenscyclus van de producten”, zegt Van Arkel. “Het uiteindelijke doel is daarom om niet langer afhankelijk te zijn van olie, de grondstof voor onder meer het nylongaren van de Interface tapijttegels.” Inmiddels is 44 procent van de gebruikte grondstoffen in Europa gerecycled of vervaardigd uit biologische bronnen. “Nog een kleine zes jaar en dan is het 2020”, blikt Van Arkel vooruit. “We zijn ervan overtuigd dat we werkelijk zonder gebruik van ruwe olie kunnen en enkel met gerecyclede materialen of biobased grondstoffen uit de voeten kunnen.”

Met de realisatie van Scherpenzeel to Zero bewijst Interface dat het streven naar duurzaamheid en operational excellence hand-in-hand kunnen gaan en elkaar versterken. “Mission Zero betekent voor Interface niet alleen dat wij onze eigen producten en processen constant duurzamer maken, in samenwerking met onze leveranciers en klanten, maar ook dat wij onze inspiratie en vastberadenheid willen delen met iedereen, zowel bedrijven als consumenten. Dat is en blijft een centraal onderdeel van onze missie.”

 

www.interface.com/nieuweindustrielemodel